Minder boetes sinds afschaffing bonnenquota
Soms staan er toch dingen in de krant waarbij je je even achter de oren krabt. Bijvoorbeeld het bericht dat de politie dit jaar een miljoen minder bekeuringen uitschreef dan in 2010...
Dat de politie minder bekeuringen uitschreef, is niet per definitie goed en niet per definitie slecht.
Het zou goed zijn als er in 2011 minder overtredingen zijn begaan.
Het zou slecht zijn als de politie had zitten suffen.
De cijfers: vorig jaar waren het er 8,5 miljoen in de eerste negen maanden, dit jaar waren het er 7,3 miljoen. Opmerkelijk daarbij was dat de procentueel grootste daling (25%!) plaatsvond in de categorie 'overige', waartoe onder andere behoren: autogordels en fietslichten, beide tamelijk essentieel voor de veiligheid. Maar ook bellen achter het stuur en door rood licht rijden waren een stuk minder pupulair bij de wetsdienaren.
Ron Looije, woordvoerder van de Raad van Korpschefs, zei in de Volkskrant: "We hebben het niet onderzocht, maar het zou een gevolg kunnen zijn van het afschaffen van de bonnenquota."
Er zou wel evenveel blauw op straat zijn.
"We steken meer capaciteit en energie in het opsporen van daders. Dan is er minder aandacht voor boetes."
Ook zou er onder agenten onvrede bestaan over de hoogte van boetes. Die zouden soms in geen verhouding staan tot de overtreding.
Bellen in de auto: € 180.
Door rood rijden: € 180.
Normale bedragen toch? Trekt iedereen zo uit z'n kontzak. Hoezo crisis? Heeft niemand last van. Maar we moeten de agenten gelijk geven: het hangt er nogal vanaf wáár en wannéér je door rood licht rijdt. Midden in de nacht op een uitgestorven polderweg lijkt ons ook niet zo'n probleem, maar rond de klok van half negen 's ochtends op een druk kruispunt bij een basisschool?
Net zoals het er vanaf hangt waar en wanneer je belt. Je staat er versteld van wat je allemaal achter het stuur kunt uitvreten wat allemaal gewoon mag. Keiharde housemuziek 'regelen' is gewoon toegestaan, aan je hol krabben, lippen stiften, postzegels verzamelen, duiven melken... En een telefoon tegen je oor houden kost een vermogen. Niet omdat er iemand schade heeft ondervonden, maar simpelweg 'omdat het niet mag'. Wie het snapt, mag het uitleggen.
We begrijpen de protesterende agenten wel. We mogen alleen hopen dat de protesterende agenten niet hun bonnenboekje pakken, maar liefst meteen hun vuurwapen als automobilisten wél op verkeerde momenten de genoemde overtredingen begaan. Want het zijn altijd de zwakkere verkeersdeelnemers die in het ziekenhuis of erger belanden – kinderen/scholieren, voetgangers, (snor-/brom)fietsers, motorrijders – en maar zelden de automobilisten zelf.
Motorrijders zul je niet zo snel door een rood licht zien rijden: we kijken wel uit. Evenmin bellen we vaak tijdens het rijden; niet onder elke helm past een gsm.
Kinderen en scholieren hebben lak aan rood licht, maar dat kun je ze niet kwalijk nemen. Ze zijn te klein, stoer of gewoon stom om helder na te denken of gevaar te zien.
Daar mogen volwassenen best rekening mee houden. Agenten dus ook.
'Waar en wanneer' is bij overtredingen heel wat belangrijker dan 'wat'. Wie weet hoeveel begrip agenten ineens zouden krijgen als ze dat principe gingen toepassen.
Michiel Heemskerk
30 oktober 2011
Lees alle blogs op Stadsmotor.nl
{jcomments on}