"Handen af van onze hulpverleners" heet de nieuwe campagne van SIRE (Stichting Ideële Reclame). Het is een frisse campagne voor deze tijd van het jaar, want meestal hebben we eind december door vuurwerk verminkte kinderen en angstige huisdieren op de buis.
We zullen er niet lacherig over doen, want zolang 79% van de hulpverleners op de ambulance te maken krijgt met agressie of geweld en 44% van de brandweer, is er iets goed mis. We snappen alleen niet waarom SIRE denkt ons dit duidelijk te kunnen maken door het aanhalen van de Conventie van Genève (1949), waarin is vastgelegd dat hulpverleners een beschermde status genieten. De Geneefse conventie bepaalt ten slotte ook dat burgerdoelen niet mogen worden aangevallen, en daar heeft nog geen enkele agressor sinds het begin der tijden zich ooit iets van aangetrokken. En agressors, dat zijn altijd machthebbers, en dat weet iedereen, instinctief en uit bittere ervaring.
En dan loop je daar als hulpverlener in een situatie waar hulp wordt gevraagd, toch als vertegenwoordiger van zo'n machthebber, de overheid. Althans, zo wordt dat gezien. Het zal bij ambulancepersoneel en brandweermensen minder gelden, maar ze trekken meestal op met agenten, en zo'n politiepersoon... da's toch de klabak die je laatst een 'naheffingsaanslag parkeerbelasting' van drieënvijftig euro gaf toen je tien minuten te laat terug was bij je auto nadat je al dertig euro had geïnvesteerd in je plekkie. Da's natuurlijk je eigen schuld – had je maar met de motor/scooter moeten gaan – maar zie dat er maar in te krijgen bij de simpelen van geest. Die zien voortaan maar één soort agent. Maar agenten zijn er in twee soorten: bonnenschrijvers (hufters, sadisten, SS'ers, moordenaars) en hulpverleners (redders in nood, engelen). Die twee soorten zijn natuurlijk dezelfde persoon, maar da's lastig te bevatten voor iemand die z'n mattie of zoon bloedend op straat vindt. Dat deze op z'n brommertje zonder rijbewijs of helm, maar mét een gejat damestasje en een snelheid van 90 km/u door een rood licht een druk kruispunt probeerde over te steken, telt dan niet meer. De gearriveerde hulpdiensten die vervolgens de rotzooi moeten opruimen (brandweer), de gewonde(n) moeten oplappen (ambulance) en 'belangstellenden' op een afstand moeten houden (politie) zijn vervolgens de kwaaie pier. Gaat SIRE dat verhelpen met een campagne over de Conventie van Genève? We helpen het hopen, maar denken dat het soms maar beter is om als hulpverleners lekker weg te blijven of eerst de Mobiele Eenheid te sturen. Beter nog, het Korps Mariniers.
Voorts zouden we de politie willen voorstellen om alle agenten op straat uit te rusten met twee petten (zwart en wit?), zodat de burger kan herkennen of hij rekening moet houden met een hufter of een engel. Alles onder één pet is verwarrend, want: WAT DOET DIE AGENT HIER? Dat bepaalt namelijk hoe je op de agent reageert. Good cop (witte pet): ruimte maken, faciliteren, eventueel assisteren (met het aftuigen van straatschoffies, de hoeren waaruit ze geboren zijn en de bastaards die ze verwekt hebben). Bad cop (zwarte pet): opzitten en pootjes geven (en eventueel assisteren met het aftuigen van straatschoffies, de hoeren waaruit ze geboren zijn en de bastaards die ze verwekt hebben).
Is dat eenmaal ingeburgerd, dan hebben brandweer en ambulance nergens meer een probleem en kunnen wij als nette weggebruiker weer rekenen op hulp.
Michiel Heemskerk 28 december 2012
Adobe Flash Player niet geinstalleerd of ouder dan 9.0.115!
“Handen af van onze hulpverleners,” heet de nieuwe campagne van SIRE (Stichting Ideële Reclame). Het is een frisse campagne voor deze tijd van het jaar, want meestal hebben we eind december door vuurwerk verminkte kinderen en angstige huisdieren op de buis.
We zullen er niet lacherig over doen, want zolang 79% van de hulpverleners op de ambulance te maken krijgt met agressie of geweld en 44% van de brandweer, is er iets goed mis. We snappen alleen niet waarom SIRE denkt ons dit duidelijk te kunnen maken door het aanhalen van de Conventie van Genève (1949), waarin is vastgelegd dat hulpverleners een beschermde status genieten. De Geneefse conventie bepaalt ten slotte ook dat burgerdoelen niet mogen worden aangevallen, en daar heeft nog geen enkele agressor sinds het begin der tijden zich ooit iets van aangetrokken.
En agressors, dat zijn altijd machthebbers, en dat weet iedereen, instinctief en uit bittere ervaring.
En dan loop je daar als hulpverlener in een situatie waar hulp wordt gevraagd, toch als vertegenwoordiger van zo’n machthebber, de overheid. Althans, zo wordt dat gezien. Het zal bij ambulancepersoneel en brandweermensen minder gelden, maar ze trekken meestal op met agenten, en zo’n politiepersoon… da’s toch de klabak die je laatst een ‘naheffingsaanslag parkeerbelasting’ van drieënvijftig euro gaf toen je tien minuten te laat terug was bij je auto nadat je al dertig euro had geïnvesteerd in je plekkie.
Da’s natuurlijk je eigen schuld – had je maar met de motor/scooter moeten gaan – maar zie dat er maar in te krijgen bij de simpelen van geest. Die zien voortaan maar één soort agent.
Maar agenten zijn er in twee soorten: bonnenschrijvers (hufters, sadisten, SS’ers, moordenaars) en hulpverleners (redders in nood, engelen).
Die twee soorten zijn natuurlijk dezelfde persoon, maar da’s lastig te bevatten voor iemand die z’n mattie of zoon bloedend op straat vindt. Dat deze op z’n brommertje zonder rijbewijs of helm, maar mét een gejat damestasje en een snelheid van 90 km/u door een rood licht een druk kruispunt probeerde over te steken, telt dan niet meer. De gearriveerde hulpdiensten die vervolgens de rotzooi moeten opruimen (brandweer), de gewonde(n) moeten oplappen (ambulance) en ‘belangstellenden’ op een afstand moeten houden (politie) zijn vervolgens de kwaaie pier.
Gaat SIRE dat verhelpen met een campagne over de Conventie van Genève?
We helpen het hopen, maar denken dat het soms maar beter is om als hulpverleners lekker weg te blijven of eerst de Mobiele Eenheid te sturen. Beter nog, het Korps Mariniers.
Voorts zouden we de politie willen voorstellen om alle agenten op straat uit te rusten met twee petten (zwart en wit?), zodat de burger kan herkennen of hij rekening moet houden met een hufter of een engel. Alles onder één pet is verwarrend, want: WAT DOET DIE AGENT HIER? Dat bepaalt namelijk hoe je op de agent reageert.
Good cop (witte pet): ruimte maken, faciliteren, eventueel assisteren (met het aftuigen van straatschoffies, de hoeren waaruit ze geboren zijn en de bastaards die ze verwekt hebben).
Bad cop (zwarte pet): opzitten en pootjes geven (en eventueel assisteren met het aftuigen van straatschoffies, de hoeren waaruit ze geboren zijn en de bastaards die ze verwekt hebben).
Is dat eenmaal ingeburgerd, dan hebben brandweer en ambulance nergens meer een probleem.