Gisteren introduceerde Nederlandse Spoorwegen het fenomeen flexreizen. Daarin wordt zakelijk reizigers opgeroepen flexibeler om te gaan met de beschikbare vervoermiddelen: trein, auto, fiets, scooter of taxi. Een merkwaardige campagne, om diverse redenen, en ook een merkwaardig gekozen tijdstip, om twee verschillende redenen. 

Gisteren begon in de Regio Midden Nederland de zomervakantie. Daarmee is het fileseizoen aldaar voor zes weken afgelopen, waarna het opnieuw begint. De ongetwijfeld peperdure reclamecampagne voor flexreizen mist aldus zeker een derde van de doelgroep, want die zit lang en breed op het vakantieadres, dat in de meeste gevallen niet per trein zal zijn bereikt.
Los daarvan is nog maar drie dagen geleden de grootste wereldwijde reclamecampagne voor de motorfiets van start gegaan. Welke? De Tour de France. Wie wel eens naar deze beroemde wielerkoers heeft gekeken, zal het toch niet zijn ontgaan dat er maar één vervoermiddel oppermachtig is in druk verkeer, en dat is niet de trein, auto, fiets, scooter of taxi.

Waarom specifiek dit rijtje?
Omdat dat het rijtje is dat Nederlandse Spoorwegen gebruikt in de campagne voor flexreizen.
We quoten van de website: Nederland staat steeds vaker vast. Dat kost tijd, geld en vraagt veel van het milieu. Daarom biedt NS werkend Nederland een uitstekend alternatief: flexreizen. Flexreizen is elke keer kiezen voor het best passende vervoermiddel. De ene keer is dat bijvoorbeeld de trein, de andere keer de auto, fiets, scooter of taxi. Of een slimme combinatie daarvan. Zo reist u altijd efficiënt van deur-tot-deur.

Missen we niet een efficiënt vervoermiddel, beste NS?
Eric Trinthamer, woordvoerder NS: "Geachte heer Heemskerk, uw opmerking is heel begrijpelijk en niet onterecht. De reden waarom NS in de reclame gekozen heeft voor auto, fiets, scooter of taxi is dat deze middelen van vervoer bij NS-stations beschikbaar zijn en onderdeel uitmaken van de ketenvervoersmiddelen die NS aanbiedt aan haar klant. Maar ik begrijp uw reactie en uiteraard behoort de motorrijder ook tot de doelgroep die NS graag verleidt om eens (vaker) voor de trein te kiezen."

Daar zit geen woord Spaans bij, of het zou het woord ketenvervoersmiddel moeten zijn: De Woordenlijst Nederlandse Taal kent het niet en Google geeft slechts 'kattenvervoermiddel' als alternatief. Maar NS zal ermee bedoelen: een vervoermiddel dat gebruikt wordt in een reeks andere vervoermiddelen om van A naar B te komen. NS zegt bij monde van woordvoerder Trinthamer bovendien deze ketenvervoersmiddelen aan te bieden, wat voor de fiets, (bromsnor)scooter en auto zal betekenen dat die worden verhuurd door NS. Dat verklaart dus de afwezigheid van de motorfiets en motorscooter (en de bus en de tram) in het rijtje, want die biedt NS niet aan aan haar klanten.
Helder en duidelijk, kwestie opgelost.

Maar dan de volgende vraag: wat zou ons als motorforens in hemelsnaam bezielen om te kiezen voor flexreizen als we al een perfectly good vervoermiddel hebben dat ons daadwerkelijk van deur tot deur brengt? En dan echt efficiënt, namelijk letterlijk van deur tot deur, zonder om de haverklap over te hoeven springen van het ene ketenvervoersmiddel in het andere. Waarbij we ook nog een fiets, bromsnor of auto moeten huren. Onze lieve heer weet dat het huren van welk vervoermiddel dan ook langer duurt dan de gemiddelde reis die ermee wordt gemaakt.

We wenden ons maar weer tot www.ns.nl/flexreizen...
Voordelen flexreizen voor bedrijven
De 3 belangrijkste voordelen van flexreizen voor bedrijven op een rijtje:
- Met flexreizen bespaart uw bedrijf tijd en geld. Met diverse tools berekenen we het reisgedrag en de behoeften van de werknemers binnen uw bedrijf. Daarmee kunnen we in verschillende scenario's de kosten, de tijd en duurzaamheid doorrekenen.
Lief van NS, uitgaande van het allesbehalve zakelijke – want qua tijd onbetrouwbare – vervoermiddel auto. NS zal niet ook een berekening aan geld- en tijdsbesparing vergeleken met de motor meenemen. Die valt namelijk onherroepelijk uit in het voordeel van de tweewieler.
- Het imago van uw bedrijf verbetert als u werkt aan een beter milieu.
Onjuist: de meeste bedrijven geven geen drol om een beter imago of milieu, slechts om betere winstcijfers. Een imago van een bedrijf verbetert dan ook alleen met betere winstcijfers, zeker in de kringen waar dat telt: aandeelhouders en banken. Bij diverse overheidsinstanties bijvoorbeeld zijn kantoormedewerkers verplicht met het OV te komen. Niemand weet dat buiten de getroffen medewerkers, dus het doet niets voor het bedrijfsimago.
- Flexreizen dragen bij aan goede arbeidsvoorwaarden.
Onjuist: flexreizen dragen bij aan betere arbeidsvoorwaarden, maar nog steeds geen goede, want opschieten is er ook met flexreizen nog steeds niet bij zolang er geen motorfietsen in het pakket zitten.

Voordelen flexreizen voor werknemers
De belangrijkste 3 voorbeelden voor werknemers op een rijtje:
- Flexibiliteit. De zakelijke reiziger kiest per reis de meest geschikte vervoermiddelen.
Onjuist. Dat is namelijk altijd de auto als je een enorme hoop zooi te vervoeren hebt en altijd de motor als je alleen jezelf en een beetje zooi te vervoeren hebt (waaronder eventueel een passagier). De trein is alleen een aantrekkelijk vervoermiddel als vertrekpunt en aankomstpunt toevallig naast een station liggen en bovendien ver uit elkaar en dan nog op een traject dat bijna niemand anders gebruikt. In elk ander geval is de motor sneller, goedkoper en prettiger qua bewegingsvrijheid.
- Goede arbeidsvoorwaarden als de werkgever de mogelijkheid biedt flexibel te reizen.
Onjuist: zie eerdere opmerking hierboven over arbeidsvoorwaarden.
- Onderweg in de trein kan de zakelijke reiziger werken. Dat is efficiënt met je tijd omgaan.
Onjuist: dat is alleen efficiënt omgaan met de tijd die wordt doorgebracht in de trein, vooropgesteld dat je in de trein zou kunnen werken, wat in verreweg de meeste treinen en zeker in de spits en in de tweede klasse onmogelijk is. Niemand voert een zakelijke bespreking of gaat een rapport zitten schrijven of lezen tussen schreeuwende studenten.

Neemt niet weg dat we NS dankbaar zijn voor de campagne die maar weer eens haarfijn aantoont dat de motor het enige zinnige vervoermiddel is naar, om en in de stad. Geen files, geen parkeerproblemen, geen last van andere reizigers, overal en altijd op tijd.
Hoewel...
Woordvoerder Trinthamer besluit zijn reactie met: "Uiteraard behoort de motorrijder ook tot de doelgroep die NS graag verleidt om eens (vaker) voor de trein te kiezen."
We zouden zeggen dat treinreizigers er meer baat bij hebben om omgekeerd eens (vaker) voor de motor te kiezen, maar goed. Ik reis daadwerkelijk wel eens per trein, bijvoorbeeld als ik werk te doen heb bij tijdschriftenuitgeverij Sanoma, gevestigd naast NS-station Hoofddorp. Hoofddorp is het eindpunt van de trein die vanaf Hoorn-Kersenboogerd langs mijn dichtstbijzijnde station komt. Deze Sprinter is in de spits daadwerkelijk net zo snel als de motor, die zich in dezelfde richting altijd nog door de A7/A8/Coentunnelfile/A10 en de puinbak op afslag Hoofddorp vanaf de A4 moet worstelen. Maar dan moet die Sprinter wel rijden. En dat deed-ie vaak niet toen ik de afgelopen winters vanwege sneeuw niet op de motor kon.

Maar als-ie rijdt, als, en ik zit erin, dan heb ik vaak mijn Linux-noteboookje bij me en tik ik een stukje. Dat stukje kost me dan € 23,20 (vol tarief retour 1e klas) waarvoor ik 14,75 liter benzine had kunnen kopen, ofwel zo'n 220 km, 2,25 keer de afstand van mijn huisadres naar Hoofddorp en vice versa.
En dan rijd ik privé nog op een loeioude, tamelijk brandstofverkwistende motorfiets. Met een Honda PCX 125 was mijn verbruik geen 1 op 15, maar 1 op 40 geweest, en mijn bereik 590 km, 7,375 x de afstand huis-Hoofddorp-huis.
Had ik ook een kaartje 2e klasse kunnen kopen à € 13,60 (8,6 liter/129 km/1,6 x huis-hoofddorp-huis), maar dan had ik onderweg niet kunnen werken.
En dan is huis-Hoofddorp-huis nog een goede verbinding!

Met betrekking tot de Tour de France: mogen we 'zakelijk rijders' oproepen eens een etappe te kijken en speciaal te letten op hun collega-zakelijk rijders op de motor (de pers en hun motards)? Kijk vooral eens wat ze allemaal meeslepen en hoe makkelijk dat desondanks gaat.
In levende lijve bezoeken kan ook. Een retourtje Amsterdam-Parijs kost op de finishdag 24 juli € 227 (144 liter benzine, 2162 km, 2x Amsterdam-Parijs en vice versa op mijn loeioude, tamelijk brandstofverkwistende privémotor).

Michiel Heemskerk
5 juli 2011

Lees alle blogs op Stadsmotor.nl
{jcomments on}