Test: Ducati Diavel (2011)
Inhoudsopgave |
---|
Test: Ducati Diavel (2011) |
Specificaties |
Fotogalerij |
Video |
Alle Ducati tests |
Het is herfst 2011 als Stadsmotor.nl de Ducati Diavel ophaalt en voor het eerst uitprobeert in Nederland. Helaas slaat kort daarna het weer om en hebben we geen Diavel-zin meer. Niet om erop te rijden, niet om erover te schrijven. Dat verandert ineens als in het nieuwe jaar de zon gaat schijnen.
We steken uiteraard de hand niet in eigen boezem en geven de schuld voor het gemak aan de Diavel, en vervolgens aan de 2012 Harley-Davidson V-Rod 10th Anniversary Edition, die we in de prille lente van 2012 mogen ophalen en uitproberen.
Waarom die?
Omdat die mikt op hetzelfde publiek: een publiek dat prijs stelt op uitbundig uiterlijk vertoon (bijvoorbeeld overdreven dikke achterbanden) en niet te belazerd is om daar dik geld voor uit te geven. Dat blijkt ook wel uit het gegeven dat er sinds de introductie van de Ducati Diavel en de Diavel Carbon half februari 2011 twee modellen bij zijn gekomen – de Cromo en de AMG – die afgezien van een afwijkend uiterlijk niets toevoegen aan het reeds bestaande model.
De prijzen?
Vanaf € 19.490 voor de standaard versie, € 21.290 voor de Cromo, vanaf € 22.590 voor de Carbon en € 28.790 voor de AMG.
€ 28.790?
€ 28.790.
Het is nog niet de prijs van een CVO™ Ultra Classic® Electra Glide® (vanaf € 43.995), maar op een CVO™ Ultra Classic® Electra Glide® zit nog een Harman Kardon® audio met Boom!™ audiokenmerken, een iPod®-poort (inclusief iPod®), een ZūMO® 660 navigatiesysteem, luchtvering, verwarmde handgrepen, verwarmd zadel, elektronische cruise control en nog zo wat van die dingen die het leven op de lange baan aangenaam maken.
Dat krijg je bij de Diavel dus allemaal niet, want we hebben het over een naked bike/sport-custom, waarvan de kenmerken juist zijn dat er zo weinig mogelijk overbodigs op zit.
Maar als er zo weinig op zit, waarom moet dat dan zo veel kosten?
Bedoelende: het blok van de Diavel is de bekende 1200 Testastretta 11° V-twin en die vinden we al in de Multistrada, vanaf € 18.090. Ook niet echt een koopje, maar daar kun je nog met z'n tweeën mee op vakantie, en dat ga je op de Diavel echt niet proberen als je prijs stelt op de relatie. Niet voor niets heeft Ducati de voetsteuntjes en handgreep voor de passagier dusdanig listig verstopt dat de Diavel op het oog een solomotor lijkt. Er kan iemand achter op, maar die gaat jou niet aardig vinden, zeker niet als je het gas opentrekt en hij/zij op straat ligt.
En alleen de file in?
Pfieuw. Zoals geschreven bij de introductie van de Diavel heeft men alles in het werk gesteld om het geweld van het 162 pk sterke blok in goede banen te leiden, bijvoorbeeld door naast de Sport- en Touring-stand ook een Urban-stand aan te bieden met waakhonden als tractiecontrole en abs paraat om in te grijpen als het dan tot 100 pk gedrukte vermogen toch te veel blijkt te zijn in de strijd tussen de banden en de ondergrond. (Zie daartoe vooral de video's onderaan deze test.)
Maar dan blijkt de Diavel ook een poeslieve partner. De zit is hoogst comfortabel – een fauteuil vergeleken met Ducati's superbikes – het stuur breed en goed naar de bestuurder gevormd. De spiegels bieden ondanks de aparte vormgeving uitstekend zicht naar achter. Aan het stuur is het qua schakelaren een bende, maar de bekende knopjes zitten waar je ze verwacht. Wel even de handleiding raadplegen voor de andere knopjes, want die wil je rijdend niet gaan verkennen, hoewel dat toch wel gebeurt als je weer eens de verkeerde knop te pakken hebt bij de richtingaanwijzers en je motor in een andere modus gaat. Een blik op het gedeelde instrumentarium – twee displays – maakt dan duidelijk wat je fout hebt gedaan. Een goed in het zicht geplaatst zwart/wit lcd-scherm geeft, zeer goed contrast biedend en reagerend op de lichtintensiteit van de omgeving, informatie over toerental, snelheid, tankinhoud en gereden afstand. Het tweede (kleuren)display op de tank geeft met verkeersbord-achtige icons info over de rijmodus, abs- en tractiecontrole-instellingen en de gekozen versnelling. Best slim. Het ene display voor de info die tijdens het rijden zinvol is, het andere voor als je stilstaat, want rijdend maakt het geen snars uit in welke versnelling je staat, zolang het maar de goede is.
En met een dikke tweecilinder met zo veel pk's zit je al snel in de goede versnelling, want natuurlijk heeft de Diavel hoopjes trekkracht, toe te passen bij elk toerental dat goed klinkt en voelt. Want een Ducati rijd je zoals wel meer echte motoren niet op de toerenteller, maar op het prominent aanwezige geluid en de voelbare acceleratie.
Is de Diavel een echte motor?
Absoluut.
Het blok is beresterk (hoewel het eigenlijk niet eens zo voelt), het frame en de vering zijn van hoge kwaliteit, de remmen (Brembo Monoblock) zijn van topkwaliteit en de Pirelli's Diablo Rosso (achter 24 cm breed rubber) staan hellingshoeken toe (41°) die normale stervelingen nooit zullen aandurven (en waar de stepjes niet tegen kunnen). De acceleratie is redelijk astronomisch, waarbij het voorwiel gerust los wil komen (denk aan de passagier!). Een stoppie kun je maar beter uit je hoofd laten, daar leent de fiets zich absoluut niet voor.
Geheel in de trend van tegenwoordig is het feitelijk buitensporige vermogen (meer dan 100 pk heeft niemand echt nodig) keurig netjes te beteugelen, waarmee deze Ducati in navolging van de eerder geïntroduceerde Multistrada 1200 best een bruikbaar ding is geworden. Met dien verstande dat als je een bruikbare Ducati wilt hebben, je nog altijd beter voor de Multistrada 1200 S (met power-mappings, abs, asr én elektronisch instelbare vering) Touring (met koffers) kunt gaan. En als je een show-Ducati wilt hebben, zijn er altijd nog de Monsters, met een prijskaartje vanaf € 8.790 heel wat vriendelijker voor de portemonnee dan de Diavel.
"Lach nooit als je die wagen ziet staan," schreef Willem Munnik alias Willy Chanson in 1924 in het beroemde lied 'De Dievenwagen', onder anderen vertolkt door Willi Alberti.
Lach ook nooit als je een Ducati Diavel ziet staan. Probeer het in elk geval niet, want het is een serieuze motorfiets en de eigenaar zal ook van alles uit zijn duim zuigen om zijn aanschaf te rechtvaardigen, waarbij hij de enige echte reden zal proberen te verzwijgen: ik heb geld te veel en ben een uitslover.
En zo zijn we weer terug bij Harley-Davidson.
Niet dat we Harley-Davidson-rijders willen uitmaken voor uitslovers, maar de meest praktische fietsen zijn het niet en in de praktijk komen ze negen van de tien keer alleen uit de garage onder de stofhoes vandaan als het weer precies goed is en er veel volle terrasjes op het programma staan. En dat zal precies het lot zijn dat Nederlandse Diavels wacht, want je kunt hier nu eenmaal niet op goed weer rekenen, en een Diavel buiten parkeren – anders dan voor een vol terras – is niets minder dan heiligschennis.
De Diavel is moeilijk in een hokje te stoppen, powercruiser komt het dichtst in de buurt. Veel pk's, maar eenmaal in het zadel voel je zelden de neiging om het gas langer dan vijf seconden open te schroeven. En als je die neiging niet voelt, waarom zou je dan zo'n sterk ding willen kopen? Om de merknaam, het geluid, het geschud van de V-twin, het uiterlijk? Wie het weet, mag het zeggen. Niet om het sportieve rijden, want we kunnen nog wel wat fietsen bedenken – met veel minder pk's – waarmee we sneller zullen zijn. Ook niet om het gemak in stadsverkeer, dat wint elke scooter. Zeker niet voor de lange baan, want een stroomlijn ontbreekt en met een tank- en zadeltas heb je het qua bagage wel gehad.
Maar waarvoor dan wel?
Het is een vreemd geval, deze Ducati Diavel... een rijdende midlifecrisis. Vermoedelijk bedoeld voor ditto bestuurders. Om op een mooie zondag dragracewedstrijdjes te houden met bezitters van een Harley-Davidson V-Rod.
Een Diavel is vorm boven functie. Ze hadden een blok, hebben er een vorm bij bedacht, en toen allerlei kunstgrepen om het geheel bestuurbaar te houden. Dat is niet de manier waarop je een uitgebalanceerde motorfiets maakt. Wie niet kan rijden, heeft er weinig aan. Wie wel kan rijden, wil hem vermoedelijk niet hebben. Wij zouden hem niet willen hebben, zelfs niet als we geld te veel hadden en een garage van honderd vierkante meter. Omdat we geen enkele reden kunnen bedenken waarom we hem zouden willen hebben.
Raar ding. Leuk ding, maar raar.