Test: Kawasaki Z250SL (2015)
Inhoudsopgave |
---|
Test: Kawasaki Z250SL (2015) |
Specificaties |
Fotogalerij |
Video |
Alle Kawasaki tests |
Als er één merk is waar de laatste tijd veel gaande is, is het bij Kawasaki. Zeg 'Kawa' en iedereen roept 'ja, die met 326pk!' (H2R), of 'ja, die nu een scooter hebben' (J300) of gewoon 'ja zo'n groene!' Ook de Z-serie is bekend en populair. Waar we vroeger alleen de Z1000 en de Z750 hadden, hebben we nu de Z800 en de nieuwe Z1000, die soms vooral verkocht lijken te worden volgens het 'sneaker-principe': mijn vriendinnen hebben ze ook. En nu zijn er dus ook de Z300... én Z250SL! Niet alleen voor ukkies.
Het is met een droef hart dat we dit verhaal beginnen, want voordat de ervaringen van de jonge en lichte Julian aan bod komen, die we op waarde moeten schatten, moet de lezer zich eerst worstelen door het epistel van de aanmerkelijk oudere en zwaardere Michiel. Die met de Kawasaki Z250SL uit rijden ging met de aanmerkelijk knappere en lichtere Wanda (beginner) op de Kawasaki Z300, die vervolgens uit rijden ging met dito Ester (Kawa-gek). Uit die laatste testrit kwam weinig input, anders dan dat de dames het erg gezellig hadden gehad. En dat ze onderweg vergeten waren van fiets te wisselen. Zucht. Je geeft ze twee fietsen, je stuurt ze op pad...
Z250SL en Z300. Wanda's helm verkent vast de route, de rest is op zoek naar de pook.
Maar Wanda wist naderhand te reproduceren dat ze honderd keer liever op de Z300 zat dan op de Z250SL, want soepeler in het blok en makkelijker te rijden.
Een mening die later nog eens gedeeld werd door proefkonijnen Carla en haar dochter met A2-rijbewijs Karin.
En een mening die in het geheel niet werd of wordt of zal worden gedeeld door Michiel. Die op de éécilinder 250 bij een stoplichtsprint weliswaar volledig zoek werd gereden door Wanda op de tweecilinder 300, maar dit in de bochten bij elke gelegenheid ruimschoots goed wist te maken door – overgewicht of niet – met ware doodsverachting de strijd met een keur aan natuurkundige wetten aan te gaan. Niet alleen omdat ie dat zo leuk vindt, maar omdat dat op de 250 zo leuk ís.
Zijn conclusie: de Z300 is 'een 300', dertien in een dozijn, de Z250SL een gooi en smijtfiets van het zuiverste water, die je steeds uitdaagt om alles uit de kast te trekken. Wat dan nog steeds weinig illegaals oplevert, want serieuze pk's ontbreken. Maar een zuivere sportfiets dus, waar de 300 dat predicaat zeker niet verdient.
Met de aantekening dat Michiel (aangekleed) over de 100 kilo gaat en een Z250SL voor hem niet groot of sterk genoeg is. Maar dat is de Z300 ook niet, en dan heeft fun de voorkeur boven die paar pk's extra.
De doelgroep!
Wie meer lol heeft van de Z250SL is – als aangekondigd – de veel lichtere en kortere (en knappere en sportievere) Julian...
Zowel de Z250SL als de Z300 vallen binnen het A2-rijbewijs. Oké, de Z800e ook, maar die is gelijk een flinke stap duurder. Na de uitgaven voor helm, motorpak, handschoenen en alles wat daar verder nog bij hoort, zal je dus als beginnende motorrijder niet snel een Z800 (kunnen) kiezen. Eerder zou je dan gaan voor de goedkopere en bijna identiek uitziende Z300. Maar er is dus ook nog een Z250SL.
Als beginnende bestuurder word je van alle kanten bestookt met beperkingen. Beperkingen op je budget, omdat het getrapte rijbewijs gewoon reteduur is, en beperkingen qua vermogen. Wat kies je dan wanneer je beperkt moet kiezen en kunt gaan voor 300 cc of 250 cc? Twee cilinders in plaats van één cilinder? Of 39 pk in plaats van 28 pk? Of – veel belangrijker – 27 Nm koppel in plaats van net geen 23 Nm? De Z300 toch?
Nee, dan kies je de Z250SL. De 300 heeft op papier zonder meer de beste cijfers, maar de 250 scoort in de praktijk een flinke schop onder je hol beter. Waar dat door komt? Om te beginnen is de fiets lichter. Veel lichter. De toevoeging SL staat dan ook voor SuperLight. Zo heeft de SL een ruime 22 kilo minder te verplaatsen. Dat voel je als je opstapt en de motor tussen je benen hebt, en je voelt het wanneer je het gashendel tegen de stuit draait. De Z250SL spurt er met zulke grote stappen vandoor dat ik me vaak heb afgevraagd of er misschien niet stiekem aan dit blok is gekieteld. Een ander pluspunt van deze kleine Z is dat alles aanvoelt alsof je alles uit het blok haalt wanneer je gas geeft. Waar de Z300 voelt als een gekneveld, astmatisch varken, gilt de 250 het uit als een ware Moto2-racer. En dat zelfs zonder speciale Akrapovic. Er ligt een berg koppel onderin, waar je blij van wordt. Goed, dit lijkt ietwat overdreven omdat we het over 'een 250'je' hebben. Maar geloof ons als we zeggen dat de Z250SL totaal niet als 'een 250'je' aanvoelt. Twee keer knipperen en drie keer schakelen en de teller staat al bijna op topsnelheid. Op de snelweg kun je tot zo'n 120 km/h prima meekomen. Voor de geduldige stroomlijnfanaat is er door de Z naar z'n zes te tikken zelfs nog een veel hogere snelheid uit te persen. Ruim voorbij de 130. Kijk maar op YouTube voor inspiratie. Dit is mega!
Jaja, het is maar een een 250...
Omdat de Z300 mij verrassend genoeg enorm tegenviel (en ik ben waarschijnlijk de enige op deze aardbol), verwachtte ik niet veel meer van de Z250SL. Misschien ben ik een ouwe lul aan het worden. Misschien passen kleine bikes niet meer bij mij? Gelukkig bewijst de Z250SL het tegendeel. Deze 250 is zo veel leuker, zo veel verrassender. Er is geen moment dat je bezig bent met het overdenken van het toch beperkte vermogen. Op de Z250SL ben je aan het puur rijden, sturen, schakelen. Als je als beginnend motorrijder op zoek bent naar een fiets waarop je echt het gevoel hebt vooruit te komen, dan ben je absoluut beter af met de lichtere en vlottere 250 dan met de zwaardere en relatief tragere 300. Pk's zeggen niet alles. In het A2-segment zijn het de kilo's die... het zwaarst wegen.
Echter, is het wel een beginnersfiets? Ook de wat doorgewinterde motorrijder heeft hier grenzeloze pret mee. Ik in elk geval wel! De Z250SL is leuk, omdat vrijwel alles mogelijk is, maar je moet er wel wat voor doen. Schakel je te laat, dan verslikt het blok zich in de begrenzer, schakel je te vroeg, dan kom je net even minder rap vooruit. Een auto inhalen levert ook altijd weer leuke taferelen op. Zo krijg je nog weleens de ruimte wanneer je een auto inhaalt, maar je wordt daarna wel nagestaard met een verbaasde blik waarom je niet echt de gang erin zet. Nou: hij kan niet harder! Zodra je de auto voorbij bent, begint de jacht naar de volgende. Prachtig!
Mooi frame...
De Z250SL blinkt naar mijn mening uit in handling. En ook het design. Het buizenframe ziet er zeer gelikt uit en lonkt een beetje naar de H2. Het cockpit-display is erg mooi ingedeeld en hierdoor goed afleesbaar. Wel ontbreekt de versnellingsindicator, maar dit ding schakel je toch op gehoor. Het betuttelende ECO-icoontje ontbreekt gelukkig ook, maar je krijgt er een Kawasakilogo voor terug (mocht je vergeten waarmee je op pad bent). Op de linkerstuurhelft is een leeg vierkant te vinden waar een rode knop hoort, hier hadden ze prima de alarmlichtknop kunnen plaatsen. Het is mij onduidelijk waarom deze knop ontbreekt op deze standaard unit. De ruimte tussen zadel en tank is groter dan bij de Z300, waardoor je beter je benen kwijt kunt. Het koppel is al vanaf onderin aanwezig en de gashendel heeft niet zo onnodig lange slag als de grotere broer. Wel voelt het geheel wat nerveus in bochten op hogere snelheid. De vering had ook ietsje minder stug afgesteld kunnen worden. Ook andere banden zullen deze Z wellicht helpen een beetje zekerder te voelen.
Met de Z250SL heeft Kawasaki mij enorm verrast. Het kleinste broertje uit de Z-familie, die zorgt voor de meeste fun op twee wielen. Dus steek die extra euro's die je overhoud bij de aanschaf van een Z250SL, ten opzichte van de Z300, in een mooi racepak. Je gaat absoluut meer fun beleven op de 250!
Geschikt voor het A2-rijbewijs.